De narcistische persoonlijkheidsstoornis
- Details
- Geschreven door de beheerder
De DSM-IV definieert de narcistische persoonlijkheidsstoornis als een pervasief (diep doordringend) patroon van grootsheid (in fantasie of gedrag), behoefte aan bewondering en gebrek aan inlevingsgevoel, meestal beginnend in de vroege volwassenheid en aanwezig in verschillende situaties. De stoornis kan worden gediagnosticeerd als er sprake is van vijf of meer van de volgende criteria:
• De persoon heeft gevoelens van grootsheid en eigen belangrijkheid (hij/zij overdrijft bijvoorbeeld zijn/haar prestaties, talent, kennis, contacten en persoonlijke eigenschappen en eist als superieur beschouwd te worden, ook als zijn/haar prestaties hiertoe geen aanleiding geven).
• De persoon is geobsedeerd met fantasieën over succes, roem, (al)macht, genialiteit (de cerebrale narcist), schoonheid of seksuele prestaties (de somatische narcist) of een ideale, blijvende liefde.
• De persoon ziet zichzelf als uniek en meent dat hij/zij alleen begrepen kan worden door even unieke of speciale mensen (of instellingen).
• De persoon heeft enorme behoefte aan bewondering, aandacht en bevestiging of wil gevreesd en berucht zijn.
• De persoon gelooft dat hij/zij meer rechten heeft dan anderen. Hij/zij wil dat anderen zich aanpassen aan zijn/haar onredelijke verwachting van een voorkeursbehandeling.
• De persoon is manipulerend en gebruikt anderen om zijn/haar doel te bereiken.
• De persoon heeft een onderontwikkeld inlevingsvermogen. Hij of zij kan of wil geen rekening houden met de behoeften of opvattingen van anderen.
• De persoon is vaak jaloers, wat gepaard kan gaan met woede. Dit leidt tot paranoïde wanen, omdat hij/zij denkt dat anderen jaloers zijn op hem/haar en zich op dezelfde manier gedragen als hij/zij.
• De persoon gedraagt zich arrogant. Hij/zij voelt zich superieur, boven de wet verheven en alom aanwezig (magisch denken). Hij/zij wordt kwaad als hij/zij wordt tegengesproken door mensen die hij/zij als minderwaardig beschouwt.
Samenvattend: Er is sprake van een narcist indien de persoon in kwestie voldoet aan 5 of meer van de hierboven genoemde criteria. Ook hierin zijn gradaties.
Daarnaast is het zo dat als een persoon voldoet aan één of meer maar minder dan 5 criteria er sprake is van narcistische trekken.
Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (kortweg DSM, vertaling diagnostisch en statistisch handboek voor psychische stoornissen) is een Amerikaans handboek dat in de meeste landen als standaard in de psychiatrische diagnostiek dient. De vorige versie (uit 2000) was een tekstrevisie van de vierde editie, aangeduid als DSM-IV-TR. In mei 2013 is deze opgevolgd door de DSM-5.
De DSM was noodzakelijk geworden om een einde te maken aan de grote internationale spraakverwarring in de literatuur over psychische aandoeningen. Termen als "depressie" of "psychose" werden door verschillende auteurs heel anders ingevuld en waren vaak ook nationaal gekleurd.
Zo kon met de DSM veel meer eenheid gebracht worden in diagnosen: het was nodig om alle symptomen duidelijk te omschrijven, en precies te definiëren welke symptomen kunnen voorkomen bij een ziektebeeld, en hoeveel symptomen aanwezig dienen te zijn, voordat er gesproken kan worden van een bepaald syndroom of ziektebeeld bij een patiënt.
Bron: DSM-IV-TR en Wikipedia.